De ‘vrij’ in vrijgeld is als de ‘vrij’ in vrijheid. Je bent vrij om te doen en te laten. Je mag je eigen munt creëren en in omloop brengen. Je mag vrijbankieren. Je mag in feite alles met valuta doen wat je zinnig vindt. Als anderen dat ook vinden en jouw munt en geldsysteem adopteren en omarmen, dan geeft dat bestaansrecht aan jouw systeem. Vrijgeld ontwikkelt zich, evolueert, vernieuwd zich en past zich voortdurend aan veranderingen aan. Vrijgeld gaat daarin verder dan het ‘Freigeld’ zoals Silvio Gessel destijds voorstelde. Vrijgeld als term is en blijft een prachtige.
Vriigeld heeft drie belangrijke kwaliteiten:
Het aantal instanties van vrijgeldsystemen en de rijkdom die ze creëren dient exponentieel en schaalvrij te kunnen groeien.
Vrijgeld is onderworpen aan open evolutie en kunstmatige selectie.
Vrijgeld creëert waarde met minimale of geen afhankelijkheid van traditionele politieke of bancaire machten.
Nederland (en de rest van de wereld) kan in 3 eenvoudige stappen uit de crisis komen:
Keer de stroomrichting van rentegelden om.
Stap over op een geldsysteem op basis van wederzijds krediet.
Er is geen stap 3.
En graag met herintroductie van de Florijn, maar wel een 100% digitale girale.
De Duits-Argentijnse zakenman Silvio Gesell (1860-1932) is de grondlegger van ‘Freigeld’. Gessel herontdekte destijds een manier om geld te ontdoen van zijn machtsfunctie en leverde er een theoretisch kader voor. Hij stelde een heffing voor op het ongebruikt laten van geld: een liquiditeitsheffing of stroomgeld—als het ware een belasting op positieve saldi—en noemde dit belaste geld Vrijgeld.
Volgens Gessel dient geld in dienst van de gemeenschap en haar gebruikers te staan. Voor dat gebruik kan je de gebruikers best een kleine vergoeding vragen in de vorm van een liquiditeitsheffing vond hij. Dat stroomgeld is een kleine belasting op het bezit van geld. Mensen die hun geld gebruikten of uitlenen zijn vrijgesteld van het betalen van stroomgeld. Geldbezitters zullen hun geld aanbieden om onder de betaling van stroomgeld uit te komen.
Met stroomgeld is oppotten van geld zinloos. Mensen zullen hun geld zo snel mogelijk kwijt willen, tenzij ze het op korte termijn zelf nodig hebben. Ze zullen er iets voor kopen, het investeren in duurzame goederen of het uitlenen. Geld vervult dus weer onbeperkt zijn ruilfunctie, zonder dat de geldbezitter daarvoor rendement geboden hoeft te worden.
Roestende goudstaven
Gesell noemde dit geld roestend geld of Vrijgeld, omdat het de mensheid zou bevrijden uit de greep van het rentedragende geld.
Het aan de economische kringloop onttrekken van dit Vrijgeld is geen begerenswaardige renteniersmethode. Geld oppotten—en daarmee onttrekken aan de economie—mag best, maar dan krijgt je de maatschappelijke kosten daarvan doorberekend. Zo krijgen rijke mensen een impuls om hun geld óf te besteden óf gratis uit te lenen aan ondernemender mensen. Geld gaat hierdoor beter stromen en zo zal er altijd voldoende geld in omloop zijn om iedereen aan werk te helpen en de onderlinge ruil te faciliteren. Stroomgeld nodigt stilstaand geld dus uit weer terug te vloeien in de kringloop.
Rijkdom in geld vastzetten is zo niet lucratief. Het bezit van geld kost namelijk geld in plaats van dat je er slapend rijk van wordt. Onder die omstandigheden zijn rijken maar al te graag bereid om gratis (tijdelijk) afstand te doen van hun geld. Om van de kosten (de liquiditeitskosten, stroomgeld) af te zijn, gaan ze op zoek naar ondernemers die hun geld willen lenen en zakelijk zinniger in kunnen zetten. Rijken zijn al tevreden als ze na verloop van tijd de oorspronkelijke waarde terugkrijgen, waardoor rente en hoge rendementen zijn in zo’n systeem niet aan de orde.
De huidige vorm van vrijgeld gaat echter een stap verder en geeft een ruimere betekenis aan de term vrijgeld.
De prijzen van grondstoffen, goederen en diensten bestaan voor ongeveer 50 procent uit rente en vrijgeld kent geen rente zoals we die nu hebben, dus:
vrijgeld verdubbelt je koopkracht voor hetzelfde werk; of
vrijgeld geeft je dezelfde koopkracht voor de helft van het werk.
Het is maar hoe je het bekijkt.
De fabrikant die een lening af moet sluiten om grondstoffen, machines en gebouwen moet aanschaffen moet niet alleen de lening aflossen maar ook de rente erop betalen. Die rentekosten worden natuurlijk omgeslagen op zijn productkosten. De productkosten zijn bovendien gecorrigeerd voor de contante waarde. De ingekochte goederen en diensten bestaan op hun beurt ook voor de helft uit rentekosten. Tel daarboven op de winst die de ondernemer wil maken om te groeien en ontwikkelen, dan zie je dat een zeer groot gedeelte van zijn productkosten uit rente bestaan.
Als je die rentekosten en correctie voor contante waarde kwijt zou zijn, dan kan je jouw product dus voor ongeveer de helft van het normale bedrag leveren. Dat geeft je zonder rentekosten een enorm concurrentievoordeel. Je kan zo in de helft van de tijd het zelfde leveren of in dezelfde tijd het dubbele leveren. Halveer je personeelsbestand of verdubbel je productie.
Hamvraag:
Hoe kan ik mijn ecosysteem zodanig inrichten dat ik een belangrijk deel van mijn rentekosten kwijtraak?
Oplossingsrichting:
Zet een eigen zo groot en divers mogelijk en volledig digitaal en geautomatiseerd ecosysteem op, met een eigen munt en zonder positief samengestelde rente.
Hoe diverser, hoe beter, want dat verhoogt de kans op mogelijke kringlopen. Zonder een web van kringlopen geen ecosysteem. Ontbreekt het aan kringlopen, dan ontstaan er op diverse plekken zowel overschotten als tekorten, beiden onverenigbaar en onoplosbaar. Dat is dodelijk voor een ecosysteem. Menig bartersysteem gaat er aan kapot of loopt vast.
Doordat de rentekosten wegvallen, neemt ook je liquiditeit toe. Toegenomen liquiditeit betekent meer werkkapitaal. Het geheel betekent dat je je meer op je kerncompetenties, op je talenten kunt toeleggen. Hoe meer je vanuit je kerncompetenties en talenten kunt werken, hoe gemakkelijker en moeitelozer alles gaat. Het kost je dus veel minder energie. Sterker nog, werken vanuit je talenten levert je energie op. Moeiteloos waarde creëren dus. En waarde creëren vinden mensen wat waard. Daar hebben ze dus graag wat voor over. Die waardering drukken ze onder andere in geld uit, en bij voorkeur in jouw munt want die levert meer koopkracht dan de dure euro.
Er is een oplossing. Is er voldoende dissonantie met het huidige systeem van slaafgeld? Is jouw wereld al turbulent genoeg? Is jouw gevoel van urgentie al voldoende aangewakkerd? Sta jij open voor vrijgeld? Ben je bereid om de stappen voorwaarts te nemen en anders om te gaan met jouw ecosysteem? Welke blokkades moeten nog worden opgeheven? Welke excuses heb je nog? Welk inzicht ontbreekt je nog?
Ik kan assisteren.